‘Ik voelde me een slappe eikel’
SAM Reclame & Communicatie - Rotterdam
In 2018 overleed de 74-jarige vader van Stephan van der Meer. De directeur van SAM Reclame werd daarna geconfronteerd met zichzelf en belandde in een diepe crisis.
Eentje die langer duurde dan hem lief was. In alle openheid doet hij zijn verhaal.
Pats, boem, weg
‘Opeens werd alles me te veel. In het reclamevak ben je altijd met je klanten bezig en ik wil er altijd voor ze zijn. Maar dat ging niet meer. Mijn vader betekende heel veel voor me. Hij was mijn spiegel, raadsman en boezemvriend. Hij was veel meer dan mijn pa. Ik raakte hem binnen no time kwijt. Er werd een vreselijke ziekte geconstateerd en pats boem, hij was weg. Ik heb het allemaal gezien.’
Vreselijk
‘De periode naar zijn overlijden toe was vreselijk, maar die erna was nog veel erger. Ik ben enig kind, geen verwend ventje hoor, maar er kwam zoveel op me af. Ik ontdekte wat mijn vader allemaal deed en mijn moeder allemaal niet deed. Ik nam zijn rol een soort van over en dat viel zwaar. Ik kreeg allerlei nieuwe dingen voor mijn kiezen, moest dingen doen die ik nog nooit had gedaan. Natuurlijk heb ik ook weleens een verzekering of een energiecontract afgesloten, maar daarna ben je daar nauwelijks nog mee bezig. Privé was ik nog nooit bij een notaris geweest.’
Ging niet meer
‘Mijn vader verzorgde ook mijn tante van 90 die alzheimer heeft. Op zijn sterfbed heb ik hem beloofd die zorg over te nemen. Moest ik ineens naar een kantonrechter, kwamen Stedin en Eneco een nieuwe meter plaatsen… Ik regelde het wel weer. Tijd en energie die ik normaal in mijn werk en omgeving stopte… Man, het ging gewoon niet meer…’
Slap en lamlendig
‘Ik voelde me ook heel schuldig. Voelde me een slappe en lamlendige eikel. Dat is misschien wat kort door de bocht, maar zo was het eigenlijk wel. Ik was mezelf kwijt. Was Stephan niet meer. Ik was niet bepaald trots op mezelf. Heb ik wel genoeg tijd genomen om te rouwen? Ik ben ook verantwoordelijk voor de mensen op mijn werk. Dit was de zwartste periode in mijn leven. Juist ik, de eeuwige positivo, van wie mijn omgeving denkt dat ik nooit beren op de weg zie. Nu vrat ik mezelf inwendig op.’
Twijfels
‘Hoe ik eruit ben gekomen? Ik weet niet of ik er al uit ben. Ik heb mijn twijfels. Er mogen wat kilootjes af, maar ik functioneer prima. Qua gezondheid heb ik nog nooit iets ergs gehad. Maar ja, mijn vader ook niet… Als mijn vriendin en ik op vakantie gaan, maak ik daar echt werk van. Dan zoek ik alles uit. Daar ben ik rustig twee maanden in de avonduurtjes mee bezig. Alles wil ik weten. Ook dat was ik helemaal kwijt, ik was een ander mens. Aan de ene kant wist ik dat ook wel, maar aan de andere kant wilde ik het toch niet onderkennen.’
Zielig
‘Het ergste is nog dat ik mezelf zielig vond! Dat is toch om te kotsen! Ik wilde het liefst in bed blijven en heel diep onder de wol kruipen. Dat is niets voor mij. Ik was voor mijn vrienden altijd die gozer met die gouden pik. Ik ging mezelf analyseren en kwam er niet meer uit. De zwaarmoedigheid die ik heb leren kennen, is nieuw voor me. Gelukkig ben ik weer een stuk positiever en optimistischer dan toen.’
Penopauze
‘Gelukkig zijn mijn vriendin en een aantal vrienden nuchter, en hebben ze me geholpen. Ook klanten hielpen mij; mijn werk zag ik als een welkome afleiding. Ik wilde soms niets meer met die fucking maatschappij te maken hebben, maar als ik zo’n bui had, riepen ze me tot de orde. Gekscherend zeiden ze: Joh, je zit vol in je penopauze. Maar daar geloof ik echt niet in. Het heeft vooral te maken met de dood van mijn vader. Het is toch normaal dat een kind zijn ouders overleeft?’
Teleurgesteld
‘Ik ben christelijk opgevoed en ik weet nog goed dat ik als kind in gebed ging. Toen al vroeg ik of ik zelf 85 mocht worden en mijn ouders 105. Ik wilde ze gewoon niet kwijt. Dat was mijn rare christelijke moraal. De realiteit bleek teleurstellender: ik werd geconfronteerd met de sterfelijkheid van de mens.’