‘De kok in mij gaat nooit verloren’
Fletcher Hotel-Restaurant Wings-Rotterdam - Rotterdam
Zonder zijn kinderen zou de bevlogen COO van Fletcher Hotels 24/7 aan het werk zijn. Ben de Ruijter is hoteldebotel op zijn functie die hij met ontzag bekleedt. Spiekbriefjes heeft hij niet nodig. Van alle 111 hotels die Fletcher tot zijn eigendom mag rekenen, weet hij exact het aantal kamers. ‘Ik praat, denk en handel snel.’
Van koksbuis naar maatpak
De ambitieuze Vlaardinger begon zijn loopbaan als kok. Was op zijn 20e als eigenaar van restaurant The Paddock in de haringstad de jongste horecaondernemer van Nederland, liet zich niet kisten door een faillissement vanwege het rookbeleid, verruilde zijn koksbuis voor een maatpak en ging als hotelmanager aan de slag.
Niet altijd even politiek correct
Sinds 2021 behoort Ben de Ruijter (37) tot de vierkoppige directie van Nederlands grootste hotelgroep. Binnen de organisatie is hij eindverantwoordelijk voor het operationele deel. ‘Ik heb dyslexie en geen hbo-diploma op zak. Op papier zijn dat niet de juiste kwalificaties. Ik geloof dat als je doorpakt en de juiste mensen om je heen weet te verzamelen – in mijn geval mensen die wél vlot kunnen lezen – je ver komt. En ik heb een mening. Ik zeg ‘t, en ik zeg het heel direct. Niet altijd even politiek correct. Laatst hadden we een meeting ingepland van vier uur. Met digitalisering als enig agendapunt. Waarom gaan we daar vier uur over lullen? Anderen hebben dit immers allang voor ons bedacht. Na een uur waren de knopen doorgehakt.’
Rijkelijk kopiëren
Kopiëren vindt hij geen vies woord. ‘Het interessante van een overname vind ik dat je in de keuken mag kijken van een andere organisatie. Daar leer je een hoop van. Een slimme app, een ingenieus kassasysteem, dat soort zaken kopiëren we vervolgens gelijk door naar alle vestigingen. Andersom gebeurt hetzelfde. Wij hebben voor onze medewerkers een busdienst opgezet, die in vijftien verschillende routes langs onze hotels rijdt. Je ziet dat de Fletcher Express elders opvolging krijgt.’
Groot Rotterdam, Klein Zwitserland
Een van de hotels die Fletcher vrij recent heeft overgenomen is Wings, dat met het gloednieuwe Airport Hotel bijna 300 kamers telt waarvandaan de vliegtuigen live zijn te spotten. Met deze stap heeft Fletcher eindelijk voet aan de grond in de stad van zijn favoriete club: Feyenoord. Alleen al om die reden zijn deze hotels speciaal voor hem. Extra pluspunt is de centrale ligging. ‘Je bent in no time in het centrum van Rotterdam, Delft of Den Haag.’
Om een andere reden heeft hij een zwak voor Klein Zwitserland in Heelsum, waarin restaurant De Kromme Dissel is gevestigd. ‘De Kromme Dissel draagt al 51 jaar een Michelinster. Daar wordt briljant gekookt. De kok in mij gaat nooit verloren.’
Bucketlist-ding
Er zijn twee plekken waar de hoteldirecteur zich weigert te vertonen: in de Amsterdam Arena en op de camping. ‘Met een toiletrol over een park, mij niet gezien. Vakanties vieren wij, als samengesteld gezin met vier kinderen, in een hotel met een zwembad, in de buurt van een strand, culturele bezienswaardigheden en goede restaurants. Als ze wat ouder zijn, gaan we naar Bellagio in Las Vegas, wereldberoemd vanwege zijn megafontein. Dat schijnt zó magisch te zijn, dat is een bucketlist-ding.’
Eigen bouwploeg
Binnen drie jaar wil hij met Fletcher doorgroeien naar 150 hotels in Nederland, en tegelijkertijd Duitsland veroveren. ‘Waarom Duitsland? De Duitse gast kent ons. Duitsers boeken massaal in onze hotels langs de kustlijn. De markt lijkt bovendien op de onze; het arbeidsrecht is er niet heel veel anders. Nu al zoeken reizigers op Google naar Fletcher Hotels in Duitsland.’
De derde doelstelling is de verbouwing van 40 hotels. ‘Fletcher beschikt over een eigen bouwploeg. We zijn in staat vijf kamers per week te renoveren.’
Meebewegen met Gen Z
Uitbreiding van het imperium blijkt niet Fletchers enige uitdaging. De nieuwe generatie, Gen Z, vraagt om de nodige aanpassingen in het personeelsbeleid. ‘De tijd van “voor jou tien anderen”, die is voorbij. Twee dagen per week zit ik op het hoofdkantoor in Nieuwegein, op de overige dagen ben ik in de hotels en praat ik met de medewerkers. Ik wil weten wat er leeft op de werkvloer.’
‘Jongeren willen zelf bepalen waar en wanneer zij werken. Zij roosteren zichzelf in. Die mogelijkheid krijgen ze bij ons. Met de keuze tussen een wekelijkse of maandelijkse uitbetaling, met een buslijn, met alles proberen wij mee te bewegen in hun wereld.’
Jongeren willen zelf bepalen waar en wanneer zij werken; met alles proberen wij mee te bewegen in hun wereld