Ziekteverzuim daalt voor het eerst in zeven jaar
11-09-23
Het ziekteverzuim onder werknemers was in het tweede kwartaal van dit jaar 5,0 procent. Daarmee is de stijgende trend sinds 2016 gekeerd. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.
Voor het eerst in zeven jaar daalt het ziekteverzuim. Ziekteverzuim kent een sterke seizoensinvloed: ’s winters wordt er meer verzuimd dan in de zomer. Daarom vergelijkt het CBS de cijfers niet met opeenvolgende kwartalen, maar met dezelfde kwartalen in voorgaande jaren. Van 2016 tot en met 2022 was in elk tweede kwartaal het ziekteverzuim hoger dan een jaar eerder. Vorig jaar ging het nog om 5,4 procent, voor het tweede kwartaal het hoogste percentage sinds 1996.
In 2023 is er, na zeven jaar van oplopende percentages, een omslag. Dat beeld was ook in het eerste kwartaal zichtbaar.
Laagste verzuim in financiële dienstverlening
In de meeste bedrijfstakken lag het ziekteverzuim lager dan in 2022. Alleen bij de delfstoffenwinning nam het ziekteverzuimpercentage toe van 4,1 naar 4,6. Het laagste verzuim is in de financiële dienstverlening: 3,1 procent.
Opnieuw lag het verzuim het hoogst in de gezondheids- en welzijnszorg: 7,0 procent. Maar ook in deze bedrijfstak werd minder verzuimd dan in 2022 (7,5 procent). Van de verschillende branches in zorg en welzijn was de daling het grootst in de gehandicaptenzorg: van 8,4 naar 7,6 procent. In de verpleging, verzorging en thuiszorg was het verzuim nog altijd het hoogste: 8,3 procent (was 8,8). Alleen in het sociaal werk steeg het verzuim dit jaar nog licht in het tweede kwartaal.
(foto Brizmaker/AdobeStock)