Stagevergoeding wordt mogelijk wettelijk geregeld
12-03-25
Studenten ontvangen vaker een stagevergoeding en in steeds meer cao’s zijn afspraken gemaakt over stagevergoedingen. Maar het is nog niet genoeg, vindt minister Eppo Bruins van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Dat schrijft hij in een brief aan de Tweede Kamer. Hij overweegt om in 2027, bij het aflopen van het Stagepact mbo, wettelijke maatregelen in te voeren.
Bruins schrijft blij te zijn dat vertegenwoordigers van het bedrijfsleven, onderwijs, studenten en overheid zich inzetten voor goede stages. Maar de voortgang op het gebied van stagevergoedingen moet volgens hem beter. ‘Elke student verdient een goede stageplek, waarbij sprake is van vakkundige begeleiding en een passende stagevergoeding.’
Stagepact mbo
Daarover maakte het ministerie in 2023 afspraken met het bedrijfsleven, onderwijs en studenten in het Stagepact mbo. ‘Ik zie dat er stappen gezet worden, maar het kan en moet echt beter. We hebben alle arbeidskrachten in deze samenleving ontzettend hard nodig.’
Een passende stagevergoeding is de verantwoordelijkheid van de sociale partners, stelt Bruins. Hij roept de werkgeversorganisaties en vakbonden nogmaals op om er afspraken over te maken in hun cao’s. ook moeten ze daadwerkelijk een passende stagevergoeding geven aan hun stagiairs. ‘Als de positief ingezette lijn van meer afspraken over stagevergoedingen en daadwerkelijk gegeven stagevergoedingen stagneert, overweeg ik in 2027 of dit wettelijk vastgelegd moet worden.’
Stagevergoedingen in cao’s geregeld
In 2024 zijn er steeds meer afspraken over stagevergoedingen vastgelegd in cao’s. In de grootste horeca-cao zijn afgelopen jaar bijvoorbeeld afspraken opgenomen over een minimumstagevergoeding. In bijna 17 procent van de cao’s is de stagevergoeding inmiddels geregeld. Dat was in 2023 nog 10 procent.
Het gaat met name om de grote cao’s. Bijna de helft van werkenden werkt in de sectoren waar nu al afspraken voor gemaakt zijn. De bedragen variëren tussen de 150 en 750 euro. 400 euro komt het meest voor.
Allemaal gelijk
In 2024 is in bijna vier keer zoveel cao’s afgesproken dat de bedragen gelijk worden getrokken voor alle studenten, ongeacht hun opleidingsniveau. Toch blijven mbo-studenten nog achter. Van hen ontving 42 procent vorig jaar een stagevergoeding. In het hbo ontvangt naar schatting 75 procent een stagevergoeding. In het universitair onderwijs was dat 65 procent van de studenten met een verplichte stage en 91 procent van de studenten met een facultatieve stage.
Haken en ogen aan wetgeving
Minister Bruins heeft naar aanleiding van een Tweede Kamer-motie laten onderzoeken op welke manier een minimumstagevergoeding wettelijk geregeld kan worden. Op basis van dat onderzoek zijn geen sluitende conclusies te trekken. Uit het onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat moeilijk is vast te stellen of de financiële positie, motivatie en schoolresultaten van stagiairs dan verbeteren. Het invoeren van een verplichte stagevergoeding zou ook kunnen leiden tot minder stageplekken. Dat is dan vooral bij kleine bedrijven, zelfstandigen en bedrijven in sectoren waar nu weinig stagevergoedingen worden gegeven. In Duitsland daalde het aantal stageplekken na invoering van een minimumstagevergoeding. in Frankrijk nam het juist toe.
Lastig is dat stages onder de onderwijswetgeving vallen. Stageplekken en -vergoedingen opnemen in arbeidswetgeving ligt volgens het ministerie niet voor de hand. Stagiairs hebben immers geen arbeidsovereenkomst, maar een stageovereenkomst. ‘Dit brengt ook complicaties met zich mee voor toezicht en handhaving door de Inspectie van het Onderwijs en de Nederlandse Arbeidsinspectie.’
(foto Shock/AdobeStock)