Innovatie

Rotterdamse industrie vraagt politiek om snellere verduurzaming

10-10-24

Deltalinqs, de belangenbehartiger van het Rotterdamse haven- en industriecomplex vraagt het kabinet om snellere verduurzaming mogelijk te maken. ‘Met nieuwe onconventionele maatregelen moeten we het over een andere boeg gooien om de industrie in de Rotterdamse haven op voorsprong te zetten, zowel qua verduurzaming als qua concurrentiekracht. Alleen zo kunnen we de klimaatdoelen halen en dreigende de-industrialisatie afwenden.’

Dat staat in een position paper dat Deltalinqs 8 oktober naar de Tweede Kamer stuurde, voorafgaand aan een debat over de verduurzaming van de industrie. In het stuk doet de Rotterdamse ondernemersorganisatie zeven concrete handreikingen om de verduurzaming in de haven te versnellen en de ‘dreigende de-industrialisatie’ te stoppen.

Nettarieven

Zo moeten de nettarieven voor elektriciteit drastisch worden verlaagd, zodat ze op het niveau komen van omringende landen. ‘Dit zorgt voor een eerlijker speelveld en hierdoor worden waterstof- en elektrificatieprojecten weer aantrekkelijker.’

Ook kunnen allerlei duurzame energieprojecten flink worden versneld door nieuwe regelgeving toe te passen of door anders te gaan werken. Het in het regeerakkoord aangekondigde speciale (cluster)programma voor Rotterdam en de Botlek biedt volgens Deltalinqs kansen om te versnellen, maar dan moet het wel snel uitgevoerd worden en in nauwe samenwerking tussen overheden, toezichthouders, Havenbedrijf Rotterdam en bedrijfsleven.

Afhankelijk van China

Als grootste industriecluster van Nederland heeft Rotterdam alles in zich om ‘verder uit te groeien tot een hoogwaardige duurzame energiehub van groot strategisch belang en tot motor van de industriële transitie (…) Met zo’n 300 transitieprojecten trekt het havencluster (incl. logistiek, energie en industrie) er hard aan om de nieuwe schone economie gestalte te geven – en mét resultaat.”

Maar de industrie in het havengebied – en dan met name de chemie – heeft het momenteel ongekend zwaar, waarschuwt Deltalonqs. ‘Sluitingen, stilvallende productie bij diverse locaties en zes kwartalen krimp op een rij hakken er zwaar in en dreigen Nederland nog afhankelijker te maken van bijvoorbeeld China voor vitale producten en grondstoffen voor bijvoorbeeld onze medicijnen, windmolens, voor de isolatie van onze huizen en voor cruciale kunststoffen. De urgentie van deze situatie is nog niet overal doorgedrongen.’

De-industrialisatie

Deltalinqs vreest dat industriële bedrijven sluiten of Nederland verlaten. Dat komt door ‘een uiterst oneerlijk speelveld ten opzichte van onze buurlanden (zeer hoge netkosten), diverse nationale koppen op het Europese beleid, overregulering, dumping/staatssteun vanuit Azië én de hoge energieprijzen in het algemeen’.

De organisatie verwijst naar het rapport Draghi om de Europese industrie te redden. Als er niet snel wordt ingegrepen, dreigt een ingrijpende de-industrialisatie. ‘Dit terwijl de vraag naar allerlei producten uit de industrie voor ons dagelijks leven niet afneemt en we de CO2-uitstoot zo in de praktijk verschuiven naar andere landen met waarschijnlijk zelfs een wereldwijd grotere footprint.’

‘Ook stokken zonder ingrijpen de noodzakelijke bedrijfsinvesteringen in vernieuwing en groei die Nederland juist nodig heeft op weg naar een schone en innovatieve economie.’

Intentieverklaringen

Op 1 oktober tekende het kabinet twee intentieverklaringen met bedrijven die beloven hun CO2-uitstoot te verminderen en de leefomgeving te verbeteren. Het gaat om Alco Energy Rotterdam en Coöperatie Koninklijke Cosun.

Deze bedrijven willen hun CO2-uitstoot in 2030 met 70 procent hebben verminderd (ten opzichte van 2020) en zetten ook in op duurzame innovaties voor hun klanten. Alco Energy Rotterdam is de grootste ethanol bio-raffinaderij in Europa. Cosun is een agrarische coöperatie die voeding(singrediënten), diervoeding, biobased ingrediënten en groene energie maakt. Beide bedrijven treffen ook maatregelen om hun stikstofuitstoot te verminderen: tenminste 25 procent bij Cosun en tenminste 10 procent bij Alco Energy.

Groene groei

In een toelichting zegt minister Sophie Hermans van Klimaat en Groene Groei: ‘Onze industrie is belangrijk voor Nederland, die wil ik niet naar het buitenland zien vertrekken. De industrie maakt onze dagelijkse producten, zorgt voor werkgelegenheid en maakt ons minder afhankelijk van andere landen. De productie moet wel schoner en ik wil dat de verduurzaming van deze bedrijven hier gebeurt.’

‘Bedrijven geven zelf ook aan dat verduurzaming nodig is voor hun toekomst. Dit hoor ik vaak terug in gesprekken. Door bedrijven buiten de grootste uitstoters te betrekken bij onze maatwerkaanpak, laten we zien dat Nederland serieus inzet op groene groei.’

FOTO: Petrochemische industrie in Rotterdam-Botlek. (foto Tjeerd/AdobeStock)

Meer nieuws