Vooral directeur en manager verdienen meer dan hun vrouwelijke collega’s
08-12-23
Het verschil in beloning tussen mannen en vrouwen wordt langzaam kleiner. In 2022 lag het gemiddelde uurloon bij de overheid voor mannen 5,1 procent hoger en in het bedrijfsleven 16,4 procent. In 2020 was dat nog respectievelijk 6,7 en 17,3 procent. Dat meldt het CBS. In de leiding van bedrijven is het verschil het grootst.
Voor de Monitor loonverschillen mannen en vrouwen hanteert het CBS dit jaar een nieuwe methode. Daarmee kunnen de onderzoekers het loonverschil nauwkeuriger in kaart brengen.
Uurloon
Tussen 2014 en 2022 is het loonverschil vooral bij de overheid steeds verder afgenomen. In 2022 verdienden vrouwen gemiddeld 29,70 euro per uur en mannen 31,30 euro per uur. In het bedrijfsleven waren de gemiddelden 22,90 euro voor de vrouwen en 27,40 euro voor de mannen.
De hoogte van het uurloon is afhankelijk van het soort werk, functie, opleiding, ervaring en tal van andere factoren. Omdat mannen en vrouwen op deze kenmerken verschillen, is ook een gecorrigeerd loonverschil berekend. Na correctie bedroeg het loonverschil in 2022 bij de overheid 1,8 procent en in het bedrijfsleven 6,9 procent.
Dat betekent dat bij de overheid het gecorrigeerde loonverschil in 2022 verder is afgenomen. In 2020 ging het nog om een loonverschil van 2,9 procent. In het bedrijfsleven is het gecorrigeerde loonverschil de laatste twee jaar ongeveer gelijk gebleven.
Mannen zijn de topverdieners
Het verschil tussen de uurlonen van mannen en vrouwen doet zich vooral bovenaan de loonlijst voor, constateert het CBS. ‘Mannen zijn vaker dan vrouwen topverdieners.’
In 2022 bedroeg het loonverschil tussen de 10 procent meest verdienende mannen en de 10 procent meest verdienende vrouwen bij de overheid 9,0 procent. In het bedrijfsleven ging het om een verschil van 23,9 procent.
Bij de mannen en vrouwen die relatief weinig verdienden, was het gemiddelde verschil kleiner of zelfs iets in het voordeel van vrouwelijke werknemers. Ook na correctie zijn de verschillen het grootst aan de top: 3,1 procent bij de overheid en 9,0 procent in het bedrijfsleven voor de 10 procent meest verdienenden.
(foto Fullempty/AdobeStock)