Voor het eerst meer webwinkels dan fysieke winkels
10-05-23
Op 1 januari 2023 telde Nederland 82,1 duizend winkelvestigingen. Dit zijn 1,6 duizend winkels minder dan een jaar eerder. Met 84,1 duizend zijn er nu voor het eerst meer webwinkels dan fysieke winkels in Nederland. Dat blijkt uit vandaag gepubliceerde cijfers van het CBS.
Het aantal webwinkels steeg, net als de afgelopen jaren. De toename was met 4,1 procent wel kleiner dan in de periode van sterke groei tijdens de pandemie. Sinds de pandemie bereikten webwinkels in voeding- en drogistwaren (25,6 procent), huis- en tuinartikelen (26,7 procent), en algemeen assortiment (32,3 procent) gemiddeld de sterkste stijging per jaar.
Deuren sluiten
De afname met 1.600 fysieke winkel is de sterkste sinds het uitbreken van de coronapandemie. De hardste klappen vielen bij de winkels in schoenen en lederwaren: bijna één op de twaalf sloot vorig jaar zijn deuren. Detaillisten in wit- en bruingoed en audio- en video-opnamen komen daar vlak achter.
In 2021 nam het aantal winkels nog toe tot 83,8 duizend. Dit lijkt een incidentele toename van het aantal fysieke winkels te zijn geweest. De nieuwste cijfers passen in de dalende trend die al in 2010 is ingezet.
Meer speelgoedwinkels
De meest voorkomende winkels in Nederland zijn kledingwinkels (13,3 duizend). Toch daalde het aandeel kledingwinkels licht, tot 16,2 procent. Winkels in overige huishoudartikelen en supermarkten volgen met respectievelijk 6,5 duizend en 6,4 duizend. De meeste webwinkels handelen ook in kleding en mode (19,3 duizend). Daar staat op nummer twee de websites die huis- en tuinartikelen verkopen (15,3 duizend).
Er zijn meer winkels in overige voedingsmiddelen en speelgoed dan een jaar geleden. Beide zijn toegenomen, met respectievelijk 5,2 en 4,1 procent. Er zijn weer net zoveel speelgoedwinkels in Nederland als voor de coronapandemie.
(foto Jonas Ginter/AdobeStock)