‘Verbinding; dat is ons cadeau aan de stad!’
14-06-17
De oorsprong van de nieuwe Rotterdamse internetzender ligt precies in wat professor Rotmans uit de doeken doet over de transities in het (Rotterdamse) medialandschap. Hoofdredacteur Stouten: ‘Toen ik bij RTV Rijnmond radioverslag deed van de wedstrijden van Feyenoord, luisterde 80 procent van onze meer dan 100.000 volgers al via internet. Mijn dochter van veertien kijkt nooit meer televisie, maar ziet alles wat ze wil zien op Youtube. Het magazine Friends in Business kent een oplage van 20.000, maar de preview van onze coverstory met Casper van Eijck is alleen al op LinkedIn 159.000 keer gelezen. Zo kan ik nog wel een poosje doorgaan, hoor!’
Jan Smit is een van de topmarketeers in Rotterdam. Een gewaardeerde stamgast in de oude economie, maar ook voorloper in deze disruptieve beweging. ‘In tegenspraak met alle vertrouwde marketingwetten richten wij ons op alle Rotterdammers. Sterker nog: ook op alle mensen die zich, waar ook ter wereld, Rotterdammer voelen.’
‘Bekende Rotterdamse vloggers gaan vlogs maken voor jongeren’, vult Stouten aan. ‘Daar gaan andere mensen naar kijken dan naar het zakenprogramma Friends in Business TV dat Frank Vijg en ik gaan presenteren. Een andere televisiepersoonlijkheid gaat gesprekken maken met bijzondere Rotterdammers. Een landelijk bekend duo, de ene is 67 en de andere 27, komt met unieke voetbalvlogs over de Rotterdamse betaald-voetbalclubs. We gaan samenwerken met de politie, met het Rotterdams Philharmonisch Orkest, met de Rotterdamse theaters, met de horeca in de regio, noem het maar op.’
Professor Rotmans begint enthousiast te worden: ‘Ik noem dat glokalisering. Globalisering brengt ons veel goeds, maar het is voor veel mensen ook bedreigend en vervreemdend. Dat leidt weer tot de wens om zich lokaal te wortelen: in de eigen stad, in de eigen buurt. Alleen, de journalistiek is daar weggetrokken. Dat is voor de traditionele media blijkbaar niet meer te doen. Als je dat nu kan terugbrengen, ook in jullie samenwerking met lokale digitale kranten, lever je echt een belangrijke maatschappelijke bijdrage.’
‘We zijn al begonnen’, pakt Stouten de draad weer op. ‘Dat is ook nieuw. Geen grootse lancering, maar gewoon beginnen met genoeg goede content en in de loop der tijd uitbouwen.'
Jan Rotmans vult aan: ‘Dat past ook helemaal in de transitielogica. Je ontwikkelt iets in de tijd. Geen echte start en ook geen echt eind. Je markeert vooral de momenten waarop je de volgende stap gaat zetten…’
Marketeer Smit vervolgt: ‘Een belangrijk deel van onze zender gaan we inruimen om Rotterdammers zelf content te laten plaatsen. Jan Rotmans zegt: er lopen elke dag 600.000 journalisten door Rotterdam. Bij ons kunnen ze straks hun content kwijt en alle anderen die zich Rotterdammer voelen, kunnen daar dan naar kijken.’
Rotmans plaatst ook dat weer in transitie-context: ‘In feite word je daarmee ook intermediair, de aanbieder van een digitaal platform. Dat heb ik hier telkens gezegd, dat is de kern van alle disrupties. Of het nou om energie gaat, gezondheidszorg, de financiële sector, de media…’
Het verdienmodel van de commerciële internetzender is vanzelfsprekend heel anders dan dat van de traditionele omroepen. Smit: ‘Dit gaat niet om reclame verkopen rondom programma’s en helemaal niet om subsidie natuurlijk, maar om data-gedreven marketing, het verzamelen en verrijken van data, waar ook onze partners van kunnen profiteren. Dáár draait het nieuwe verdienmodel om. Als je de data hebt verzameld en weet wat je daarmee kan doen, kan je gericht content gaan versturen aan mensen die potentieel in die content zijn geïnteresseerd: interessante programma’s en gerichte aanbiedingen.’
Jan Dirk Stouten gaat nog even terug naar de ideefase: ‘Het was al snel duidelijk dat we een behoorlijk startkapitaal nodig hadden. Met name om de website te bouwen. Dat is de spil van alles: aan de voorkant trekken we daar de kijkers en luisteraars mee, en aan de achterkant verzamelen we de data. We hebben daar vier investeerders voor gevonden. Mensen die de financiële basis konden leggen, midden in de stad staan en dit initiatief in hun netwerk daadwerkelijk verder willen helpen. Daar zijn we heel blij mee. Letterlijk tot op de dag van vandaag melden zich mensen die ook aandelen zouden willen verwerven, maar we houden het voorlopig bij deze vier, die vanaf het begin in ons geloofden.’
‘Op termijn, we denken een jaar of twee, kunnen de inkomsten vooral vanuit het verrijken en verbinden van data komen’, verwacht Jan Smit. ‘Ondertussen verbinden we ons met bedrijven die over de volle breedte van de zender mee willen. Die bedrijven geven we meer terug dan hun sponsor-inbreng eigenlijk waard is. Dat is het voordeel van de eersten. Pakketten van 25.000 euro per jaar. Ook dat gaat veel sneller dan wij in eerste instantie verwachtten. En het zijn partijen waar we, qua naam en faam, echt trots op zijn. Veel van hen zien het ook als een impuls voor de veranderingen in hun eigen bedrijf. Externe aandacht is zó belangrijk. Goed en snel kunnen vertellen wat je wilt vertellen dus ook. Dat gaat gewoon niet meer alleen met PR-afdelingen, woordvoerders en persberichten…’
Professor Rotmans heeft nog een waarschuwende vinger in petto: ‘Ik hoor jullie net iets te veel praten over een groot bereik, over groei, over groter worden dan de concurrentie. Dat is typisch iets van de oude economie: massa, volume, veel personeel. In de níeuwe economie draait alles om impact! Groot of klein maakt niet zo veel uit. Jullie zeggen net: We zijn er voor iedereen! Dus het is nu aan jullie om voor al die mensen impact te creëren!’
Vervolgens perst Rotmans er nog een stevig slotakkoord uit: ‘Vergeet niet dat je, ook als bedrijf, steeds meer wordt afgerekend op je toegevoegde waarde: wat voegen jullie met Recht uit Rotterdam nou daadwerkelijk toe aan de stad?
Jan Smit: ‘De belangrijkste kernwaarde is dat we willen verbinden: de stad met alle Rotterdammers en alle mensen die zich, waar dan ook ter wereld, Rotterdammer voelen. En andersom!’
Jan Rotmans: ‘Dan kom je als geroepen. Rotterdam is een stad van eilandjes, van 196 verschillende etnische achtergronden, van honderden communities, zowel fysiek als digitaal. Zo is die hele stad opgebouwd. De Maas heeft altijd meer gescheiden dan verbonden. Dus dat gebrek aan verbinding, dat is hier wel een ding. Als jullie érgens impact kunnen hebben, dan is het daar!’
TEKST: FRANK VIJG
FOTOGRAFIE: JEFFREY DE REGT